Betreft: Schriftelijke vragen aan de wethouder volkshuisvesting over de ontwikkeling van de sociale woningsector.

Geachte voorzitter,

Onder verwijzing naar het reglement van orde voor de raadsvergadering, art. 50, vraag ik uw aandacht voor het volgende.
Eind mei verscheen de jaarrapportage 2001 van SVNK over de woonruimteverdeling in de regio. Naar aanleiding daarvan verscheen in het Noord-Hollands Dagblad van 1 juni j.l. een artikel met de kop "Corporaties luiden de noodklok om sociale huur". Op 5 juni reageerde wethouder Godijn onder de kop "Wethouder wil nieuwe afspraken over sociale woningbouw in regio".

In het krantenartikel van 5 juni verwijst wethouder Godijn voor de oplossing nadrukkelijk naar de omliggende gemeenten. Hij zal met hen gaan praten, omdat zij qua sociale woningbouw te zeer op Alkmaar zouden leunen. Niet duidelijk is over welke gemeenten wethouder Godijn het precies heeft. We kunnen constateren dat Langedijk en Heerhugowaard hun bijdrage aan de sociale woningbouw leveren, conform de afspraken die hierover in HAL-verband zijn gemaakt. Heiloo wil volgens haar nieuwe collegeprogramma zelfs 40% sociale huur realiseren. En volgens de rapportage geldt voor Bergen dat er in 2001 evenveel woningen aan Alkmaarders in Bergen zijn toegewezen als omgekeerd.

De vraag is dus hoe het staat met de bijdrage van Alkmaar zelf. In 2002 wordt de 30% sociaal nog gehaald, maar in 2003 (we citeren de Nota Wonen 2002-2006) "zal de gemeente zich nog de nodige inspanningen moeten getroosten om de 10% sociale nieuwbouw te realiseren"!

Door onder anderen GroenLinks is erop gewezen dat 30% nieuwbouw in de sociale sector (huur + sociale koop) te weinig is om in de behoefte te voorzien. Ook al, omdat de sociale huursector moet voorzien in een nieuwe kwaliteitsvraag die komt van bijzondere doelgroepen. Denk hierbij aan extramuralisering in de gezondheidszorg en aan ouderen die in meerderheid willen huren, maar voor wie veel te weinig geschikte, levensloopbestendige woningen beschikbaar zijn. De vraag naar huurwoningen loopt verder op, omdat vanwege prijsstijgingen een koopwoning voor steeds minder mensen bereikbaar is.

GroenLinks vreest dat door de houding van wethouder Godijn de problemen in de sociale woningbouw de komende jaren niet zullen verminderen, maar eerder zullen toenemen. In dat licht stellen wij de wethouder de volgende vragen:

1. Onderschrijft u de vaststelling in de rapportage van de SVNK dat een sterk stijgend aantal woningzoekenden op de huursector is aangewezen, mede doordat een koopwoning voor hen financieel niet haalbaar meer is?
2. Deelt u de zorgen van de woningcorporaties over het grote tekort aan betaalbare woningen en staat u open voor hun pleidooi om dit te vertalen in een groter aandeel van de sociale sector in de nieuwbouw?
3. Volgens de Nota Wonen 2002 - 2006 heeft Alkmaar tot 2010 in ieder geval nog capaciteit voor de bouw van meer dan 5000 woningen. Hoe moeten we dat combineren met uw opmerking dat Alkmaar vol raakt en dat u de eventuele contingenten betaalbare woningen niet in Alkmaar ziet neerdalen?
4. Volgens de SVNK rapportage is er nu al sprake is van een tekort van 6.000, in hoofdzaak betaalbare, woningen. Deelt u deze conclusie?
5. Welke inspanning vindt u dat het college moet leveren om het gewenste contingent binnen te halen, ook als die woningen voor een deel op inbreidingslocaties gerealiseerd moeten worden en dat tot verdichting zou leiden?