GroenLinks is zeer ontstemd over de door het college naar buiten gebrachte cijfers over de woningbouwproductie.
Behalve op de geringe aantallen richt de kritiek zich ook op de onjuiste voorstelling van zaken die het gemeentebestuur geeft. Vorig jaar werden 375 woningen opgeleverd. In de pers liet het college weten dat dit cijfer meevalt en een opgaande lijn te zien geeft. Volgens GroenLinks is dat onzin, is de woningbouwproductie in 2005 verder teruggelopen en worden met name de gevolgen voor jongeren steeds schrijnender.
Het is niet voor het eerst dat GroenLinks haar zorgen over de woningbouw naar buiten brengt. Vorig jaar inventariseerde de partij het aantal gebouwde woningen met medewerking van de Alkmaarse woningcorporaties. Naast verschillen tussen de opgaven van de gemeente en die van corporaties bleek het aantal nieuwe woningen ver achter te blijven bij de doelstellingen uit de gemeentelijke Nota Wonen die in 2002 werd vastgesteld. Voorstellen van GroenLinks om door nieuwe afspraken met woningcorporaties de productie te verhogen werden door het college echter niet overgenomen.
In januari liet het gemeentebestuur weten dat het afgelopen jaar 375 huizen zijn opgeleverd; meer dan waarop was gerekend. Volgens GroenLinks is dat een onjuiste voorstelling van zaken. Volgens de Nota Wonen zouden het er 645 geweest moeten zijn. In het plan van aanpak woningbouwproductie uit maart 2005 vermeldt het college nog 400 nieuwe woningen voor 2005. In schriftelijke vragen aan het college vraagt GroenLinks in welk opzicht het werkelijke aantal van 375 dan is meegevallen. Bovendien is geen sprake van een opgaande, maar van een neerwaartse lijn. In de jaren 2001 t/m 2004 werden per jaar gemiddeld 550 woningen gebouwd.
De meeste zorgen maakt GroenLinks zich over het aantal betaalbare woningen. Volgens de gemeente behoorde 10% van de 375 nieuwe woningen tot de categorie sociale woningbouw. Op 1 januari hadden de woningcorporaties gezamenlijk bovendien niet meer dan 25 betaalbare huurwoningen in aanbouw. Volgens GroenLinks wordt de sociale woningvoorraad nauwelijks nog vernieuwd. De kwalitatieve noodzaak daartoe is groot, omdat het aantal ouderen toeneemt en zij in meerderheid behoefte hebben aan betaalbare gelijkvloerse en zorgtoegankelijke woningen. Het kwantitatieve tekort gaat vooral ten koste van jongeren en starters die veel te lang op een woning moeten wachten.
GroenLinks verweet het college vorig al dat het “Gods water over Gods akker laat lopen”. In dat licht vraagt de partij naar de uitkomst van de evaluatie van de Nota Wonen. Die evaluatie zou in het najaar van 2005 plaatsvinden. Daarnaast wil GroenLinks inzicht in de nieuwe afspraken met de woningcorporaties die het gemeentebestuur oktober j.l. zou maken over de omvang en het vernieuwen van de betaalbare woningvoorraad. In de vraagstelling aan het college laat GroenLinks doorklinken dat zij niet zoveel geloof heeft in de uitvoering van al deze voornemens van het college. Bij de presentatie van de regionale woonvisie in de gemeenteraad van januari j.l. liet OPA-wethouder Godijn zich fotografen met twee woningbouwmeters, waarmee hij de raad wilde overtuigen dat het de goede kant op gaat. Laten we het hopen, maar dan zal wel eerst de achterstand van de afgelopen jaren ingelopen moeten worden.